Ik weet niet of dit goed in beeld komt maar ik ga het proberen.
Toen mijn vader de Jolles van zijn moeder overnam was het een afgetuigde zeilklipper en sleepschip
Nadat hij er in 1947 een zijschroef op had laten zetten waren er vijf jaar later voldoende centen om in twee stappen de woning aan te passen. In de zomer van 1952 werd voor de roef een stuurhut gezet, en een jaar later zou de woning naar achteren doorgetrokken worden.
Vooruitlopend op het werk dat een jaar later zou plaatsvinden werd de stuuras (zie rode pijlen ) al op de juiste plaats gelegd, en voor de steunplaat onder de haakse overbrenging werd alvast een pasklare plaat neergezet als toekomstige achterkant van de roef. (omrand met groene lijn.)
Maar in het najaar van 1952 verongelukte mijn moeder, daarna werd mijn vader een half jaar ziek en toen waren de centen op.
Toen er weer wat geïnvesteerd kon worden was de vervanging van de zijschroef belangrijker dan de woning en werd in 1960 een DAF ingebouwd. Met een denneboom van 45 cm bleek het varen op de rivier geen pretje dus werd er in 1961 een hoge denneboom gezet. En dan zou in mei 1963 de roef grondig aangepakt worden. Niet volgens de eerdere plannen, de oude roef doortrekken naar achteren maar het hele achterschip compleet nieuw opzetten.
Toen echter kwam de winter van 62/63 en in plaats van nag even vier maanden wat inkomen vergaren, werd het tot half maart interen zonder inkomen. Dus werden de planne een jaartje uitgesteld. Maar in mei 1964 was het zo ver en ging de beuk er in. En pieter, wie het hardste beukte, hoef ik jou natuurlijk niet te vertellen.
Op deze foto zie je ook nog duidelijk de plaat die ooit al achterkant van de nieuwe roef bedoeld was maar door de veranderde plannen ook niet meer functioneel was.
Begin september 1964 was de verbouwing klaar en vetrokken we weer uit Lisse.
Toen alles weer in de verf stond was er bovendeks van de oorspronkelijke sleepklipper niet zo bijster veel meer te herkennen.